Investeer in defensie, maar niet ten koste van sociaal beleid!

17 miljard euro. Dat is het bedrag dat de regering-De Wever tegen het einde van de legislatuur in defensie wil investeren. Een kolossale financiële inspanning om vanaf 2025 de befaamde 2% van het BBP te halen die de NAVO eist, en zelfs 2,5% tegen 2034.

Dit geld zal ergens gevonden moeten worden… En zoals de voorzitter van de MR zei op de RTBF, zal dat geld in onze sociale zekerheid gezocht worden:

“We zullen bepaalde enveloppen moeten herschikken om onze veiligheid te behouden, die toch de basis is van ons welzijn. […] Vandaag hebben we een overheid die ingrijpt in elke fase van je leven. De overheid zal een beetje moeten desinvesteren in wat “buitenkansjes” zijn. We doen het op gewestniveau, op gemeenschapsniveau en we moeten het op federaal niveau doen. Moeten we de kinderbijslag blijven financieren als er meer dan vier kinderen zijn? Moet de staat systematisch verantwoordelijkheid nemen voor onze persoonlijke keuzes? Dat zijn de echte vragen.”

Voor ABVV-Brussel getuigen deze zogenaamde “echte vragen” van een neoliberale en reactionaire visie op de maatschappij, waar solidariteit gereduceerd wordt tot een “buitenkans”, waar sociale rechten optioneel worden en waar gezinnen, werknemers en uitkeringsgerechtigden de pasmunt worden voor een begrotingsbeleid ten dienste van militarisering.

Budgettaire keuzes zijn maatschappelijke keuzes

Al jaren verkondigen rechtse partijen dat we de schuld moeten verminderen, de uitgaven moeten beperken en “de kosten van de overheid moeten terugdringen”… Kortom, dat er geen geld is om aan de essentiële behoeften van de bevolking te voldoen:

Moeten we nog eens herhalen dat in België de ongelijkheid (met inbegrip van patrimonium) blijft toenemen? Dat de kinderarmoede recordhoogtes bereikt? Dat de wachtlijsten voor sociale huisvesting en kinderdagverblijven exploderen? Dat ziekenhuizen onderbezet zijn en ondergefinancierd zijn, en de rusthuizen radeloos zijn?

Maar als het aankomt op het kopen van wapens, tanks of gevechtsvliegtuigen, is de politieke wil er en kunnen plots miljarden worden gevonden.

Laat er geen misverstand over bestaan: niemand ontkent het belang van de veiligheid van het land in een onzekere internationale context. Maar tegen welke prijs, en vooral, op wiens schouders?

Bij ABVV-Brussel weigeren we dat de verhoging van het defensiebudget ten koste gaat van zij die collectieve solidariteit het meest nodig hebben.

Sociale zekerheid moet onze eerste verdedigingslinie blijven

Onze eerste verdedigingslinie is de sociale zekerheid, die werknemers beschermt als ze hun baan verliezen, als ze ziek worden, als ze op pensioen gaan.

Het zijn de openbare diensten die garant staan voor toegang tot gezondheidszorg, onderwijs en justitie.

Het is collectieve solidariteit die ervoor zorgt dat niemand aan de kant blijft staan.

Deze pijlers opofferen voor hogere uitgaven voor militairen en oorlogsmaterieel beschermt de bevolking niet, maar verzwakt haar en laat haar in de steek.

Het waarborgen van onze veiligheid moet meer zijn dan enkel ons tot de tanden bewapenen.

Bij ABVV-Brussel komen we op voor veiligheid die echt beschermt: het recht op huisvesting, gezondheidszorg, goed kunnen leven van je werk en op pensioen kunnen gaan zonder in armoede te vervallen.

Veiligheid betekent bovenal een waardig leven kunnen leiden.

Bovenal betekent veiligheid een kwalitatieve baan, een fatsoenlijk pensioen, betaalbare huisvesting en toegang tot gezondheidszorg voor iedereen.

Veiligheid gaat niet alleen over een goed bewapend land, maar vooral over een eerlijkere en meer egalitaire samenleving.

Ga het geld zoeken waar het te vinden is!

Het is niet aan gezinnen, werknemers en werkneemsters, werklozen, zieken of gepensioneerden om defensie te financieren. Het is tijd om het geld te halen waar het te vinden is:

Als de regering-De Wever het land een ongekende militaire inspanning wil doen leveren, moet ze ook de moed hebben om degenen die het zich kunnen veroorloven te laten bijdragen.

Jean-Michel Cappoen
Voorzitter ABVV-Brussel  
Florence Lepoivre
Algemeen secretaris ABVV-Brussel  

De Audi -site in Vorst: 54 hectaren voor een nieuwe industriële toekomst!

Op 28 februari 2025 rolde de laatste wagen van de band in Audi Brussels. Dit betekent het definitieve einde van de autofabriek in Vorst die meer dan 75 jaar het Brusselse economische weefsel heeft getekend. Wie sluiting zegt, zegt ook jobverlies: meer dan 3.500 werknemers en hun gezinnen zijn getroffen, met alle sociale gevolgen van dien.

De Audi-site is maar liefst 54 hectaren groot, en is ideaal gesitueerd. Niet verwonderlijk dat er veel belangstelling voor is. Tegelijk roept deze wending prangende vragen op over de toekomst.

ABVV-Brussel pleit voor een nieuwe bestemming die de industriële reconversie aanstuurt en duurzame banen creëert, en zodoende een essentiële bijdrage levert aan de economische ontwikkeling van het Gewest.

Een strategische uitdaging voor de toekomst van Brussel

De site van Audi Brussels is een van de laatste grote industriële grondreserves in het Brussels gewest.

Terreinen die bestemd zijn voor industrie worden steeds schaarser. Daarom is het uiterst belangrijk dat de toekomst van deze site op de lange termijn blijft voorbehouden aan productieve activiteiten.

Er gaan echter stemmen op om Brusselse industriële bedrijven naar andere gewesten te delokaliseren. In dit scenario zou de vrijgekomen ruimte naar nieuwe woningen moeten gaan.

Onder het mom van stadsontwikkeling leidt deze aanpak echter tot een verdere uitholling van de industriële capaciteit van Brussel en wordt het gewest van de broodnodige banen beroofd.

Strijden tegen speculatie

Uit voorgaande ervaringen met industriële omschakeling, zowel in België als daarbuiten, trekken we de les dat proactief overheidsbeheer grondspeculatie kan voorkomen en er bovendien garant voor staat dat de nieuwe bestemming beantwoordt aan de economische en sociale behoeften van de bevolking.

In Antwerpen en Charleroi heeft het verdwijnen van iconische fabrieken geleid tot herontwikkelingsprojecten die zeer laat kwamen of losgekoppeld zijn van de lokale realiteit. In Brussel is het daarom absoluut noodzakelijk dat de gewestelijke overheid het voortouw neemt. Het Gewest mag Audi niet op zijn eentje de spelregels laten bepalen want hun streefdoel bij de doorverkoop van de terreinen is uiteraard winstmaximalisatie.

Onze eisen voor de Audi-site

ABVV-Brussel pleit voor een ambitieuze en sociaal verantwoorde industriële reconversie die steunt op enkele basisprincipes:

De toekomst van de Audi Brussels-site mag niet uitsluitend worden gedicteerd door vastgoedbelangen of kortetermijndenken.

Voor ons ligt een unieke kans om een sterk industrieel beleid voor Brussel opnieuw uit te tekenen.

ABVV-Brussel blijft ervoor ijveren dat deze omschakeling geen gemiste kans wordt, maar een hefboom voor een economische en sociale ontwikkeling waar Brussel en zijn werknemers wel bij varen.

Werken voor mensen zonder papieren waar maken: noodzakelijk voor Brussel!

Photo: Hatim Kaghat / Belga Photo /dpa / picture alliance

In Spanje zal vanaf mei 2025 een nieuwe wet mensen zonder papieren toegang geven tot de arbeidsmarkt, met name in sectoren met tekorten. Deze maatregel, gedetailleerd op de website Infomigrants (Regulering van migranten in Spanje: wat de nieuwe wet inhoudt), bewijst dat een eerlijke en effectieve regularisatie mogelijk is.

En in Brussel? Alles blijft stilstaan. Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest blijft zich beroofd voelen van waardevolle vaardigheden door onrechtvaardige beperkingen in stand te houden. Artikel 34,7° van het Koninklijk Besluit van 9 juni 1999 koppelt nog steeds de verblijfsvergunning aan de werkvergunning, waardoor mensen die wachten op regularisatie worden verhinderd bij te dragen aan de arbeidsmarkt. Nochtans is deze beperking al opgeheven in andere gewesten. Waarom niet in Brussel?

De oplossingen die door Brupartners worden voorgesteld, zijn eenvoudig en concreet:

Voor het ABVV Brussel is het tijd om actie te ondernemen! Laat ons inspiratie halen uit Spanje en van Brussel een Gewest maken waar solidariteit en efficiëntie centraal staan in de besluitvorming.